Wat een prachtige avond hadden we gister weer in de goedgevulde Doopsgezinde/Remonstrantse kerk!
Loes van der Til, Wietze Prins en Klaas Lourens hebben alle drie hun eigen verhaal verteld over Pier Prins, de voormalige Prins-fabriek en de mogelijke toekomstbeelden van de fabriek en omliggende terreinen.
Dank aan de sprekers en alle bezoekers! Een verslagje van de avond vindt u hieronder.
Ook dank aan RTV NOF-fotograaf Herman Huiberts, hij maakte een mooie set foto’s van de avond.
We zien u heel graag terug bij onze volgende lezing, houd onze website en sociale media (Facebook en Twitter) daarvoor in de gaten.
—————————————————————————————————————————————————————————
Impressie in woord en beeld van de lezing over Pier Prins, zijn leven en een blik op de Dokkumer Prins-fabriek
(het verleden en de toekomst)
Op woensdag 27 maart jl. hebben we namens Stichting Oud Dockum maar liefst drie sprekers mogen verwelkomen. Elk van hen heeft vanuit zijn of haar eigen invalshoek een beeld geschetst over de mens en ondernemer Pier Prins, de voormalige Prins-fabriek, en het verleden plus de toekomst van dit Dokkumer iconische bedrijf. Want dat er wellicht ook weer toekomstmuziek in dit pand en terrein zit bleek tijdens de presentatie van de derde spreker!
Na een korte introductie van voorzitter Niek Geelhoed mocht Loes van der Til het spits afbijten. Zij heeft in het verleden (2003) een boek geschreven over de heer Prins, aan de hand van interviews met hem. Zo stopte hij na slechts twee dagen met de Landbouwschool, en ondanks protesten van zijn familie ging hij -op twaalfjarige leeftijd!- in de leer als timmerman. Eerst bekwaamde hij zich in hout, later bleek de metaalsector een gouden greep. Pier Prins bleek een bevlogen, spirituele, zoekende, ideeënrijke ondernemer en een sociaal bewogen mens. Een echte selfmade man met Willie Wortel-ideeën, doorzettingsvermogen, gezegend met een visionaire blik en een behoorlijke portie lef. Zo wilde hij met Texolite (een door hem zelf ontwikkeld bouwmateriaal) goedkope prefab huizen bouwen. Niet alleen in Nederland maar ook in derdewereldlanden (Zuid-Amerika, het Midden-Oosten en Afrika). Prins zag namelijk veel armoede tijdens zijn vele wereldreizen en wilde daar actief iets aan doen. De financiering van deze prefab woningen bleek echter moeilijker dan gedacht. In Iran wilde men wel een compleet prefab dorp laten bouwen door Prins, maar door het aan de macht komen van ayatollah Khomeini werd het project helaas gestaakt. Hij reisde in zijn tijd de hele wereld rond. ‘Daar heeft hij naar eigen zeggen het meeste van geleerd, en oneindig veel meer kennis opgedaan dan hij ooit op school had kunnen doen’, aldus Loes van der Til.
Vervolgens kwam als tweede spreker Wietze Prins aan het woord. Inderdaad, de zoon van….Hij vertelde dat deze datum een speciale was voor de familie: 27 maart 2019 zou de 99e geboortedag van zijn vader zijn geweest. Aan de hand van een mooie PowerPoint-presentatie en vele oude foto’s nam hij alle aanwezigen mee in de rijke historie van de Prins-fabriek. Zoals Wietze Prins het omschreef: de fabriek had in haar gloriejaren zo veel (bedrijfs)takken dat het wel een octopus leek.
Startte Pier Prins in zijn beginjaren met het maken van houten zaken zoals kruiwagens, karren en spinnewielen, na verloop van tijd groeide het bedrijf uit zijn jasje en ging hij over tot het fabriceren van metalen landbouwwagens, hooischudders, mestverspreiders en kunstmeststrooiers. Alle Prins-producten hadden een zeer goede naam. Het bedrijf groeide gestaag door, tot internationale proporties. En steeds weer werden de productielijnen nog verder uitgebreid. Met het maken van stalen wielen en profielen, walsen en persen en zogenaamde ‘dieptrekproducten’ zoals (eerst) het reconditioneren en (later) produceren van gastanks (voor o.a. Shell in Pernis) en drukvaten. Ook tuinbouwkassen werden een grote component van de veelarmige octopus.
Tevens werd de D.M.F. opgericht, de Dokkumer Machine Fabriek. Ook dit onderdeel had een uitstekende reputatie. Wietze Prins meldde aan het eind van zijn boeiende relaas dat tijdens de hoogtijdagen er 523 mensen in dienst waren, en dat men mét elkaar het bedrijf zo groot had gemaakt. Een mooi eerbetoon aan de vele oud-werknemers, waarvan er meerdere aanwezig waren deze avond. In 2013 viel zoals bekend helaas het definitieve doek voor deze bijzondere fabriek.
Als ‘hekkensluiter’ (al ziet hij dat zelf ongetwijfeld liever letterlijk 180 graden andersom) kreeg ondernemer Klaas Lourens het woord. Hij nam de toehoorders mee in een toekomstperspectief voor de fabriek en omliggende terreinen. Op papier zag dat er veelbelovend uit: wordt het ‘it Brûsfabryk fan Dokkum’? De heer Lourens zette uiteen dat hij dit stuk Dokkumer historie als industrieel erfgoed beschouwt en maar wat graag zou willen behouden. ‘Er moet weer leven en levendigheid in de Prins-fabriek komen, met behoud van de geschiedenis’. Samen met de gemeente Noardeast-Fryslân wordt gewerkt aan een realiseerbare herstructurering. Voor beide partijen (en veel Dokkumers) is het een doorn in het oog dat bootjesmensen die langs de Dokkumer Ee de stad binnenvaren een negatieve eerste indruk van de stad krijgen: dit deel van het industriegebied is nu behoorlijk ‘fertutearze’ (verwaarloosd voor de niet-Friese lezers onder ons, red.).
Er zijn meerdere ontwikkelingen mogelijk. Zo wordt er nagedacht over de mogelijkheid van een groen (recreatie)gebied met wandel- en fietspaden, het vormen van een aantrekkelijke kade met een kleine haven, een stadsstrandje, een betere aansluiting op/verbinding met de binnenstad, et cetera. ‘Dit moet weer een gebied worden waar de Dokkumers trots op kunnen zijn’, aldus Lourens. Ook de vestiging van meer (grote en kleine) bedrijven wordt in gedachten gehouden als mogelijke ontwikkeling. Momenteel zijn er al een aantal ondernemingen die een deel van de fabriek huren. Denk aan Synaeda, Solar Today, Design Bouw Chalets, stichting Elkenien Grien enzovoort. Er is genoeg ruimte voorhanden. De fabriek moet stevig gerenoveerd/verbouwd worden, maar dan wél met behoud van de uitstraling en passend bij de sfeer van het oude pand.
De verzinkerij wil Lourens ook graag behouden voor de toekomst, al is de staat van dit onderdeel deplorabel te noemen. Voor de zomervakantie van dit jaar verwacht de ondernemer meer duidelijkheid te hebben over de mogelijkheden, in overleg en samenspraak met de gemeente. Deze heeft de verantwoordelijkheid om invulling te geven aan alle plannen.
Na afloop van de lezing werd er nog volop nagepraat door een aantal aanwezigen. Men was voorzichtig verheugd over de mogelijkheden die de oude Prins-fabriek de stad kan bieden in de toekomst. Zoals gezegd: in de loop van deze zomer wordt meer duidelijkheid verwacht.
We gaan ut sien!